Superdividend in 2023 of niet?

Per 1 januari 2024 wordt het tarief in box 2 gewijzigd, waaronder dus ook inkomen uit dividend valt. Het huidige tarief van 26,9% wordt vervangen door twee tarieven. Een tarief van 24,5% op inkomsten tot € 67.000 (voor fiscale partners € 134.000 gezamenlijk) en een tarief van 31% of wellicht zelfs 33% over het meerdere. De Tweede Kamer heeft hierover namelijk een motie aangenomen.

Anticipeer zo goed mogelijk op de komende tariefswijzigingen in box 2. De vraag is of het raadzaam is om in 2023 al dividend uit te keren of te wachten tot 2024 en latere jaren. Dezelfde vraag komt op bij een voorgenomen aandelenverkoop: is het raadzaam dit uit te voeren in 2023 of te wachten tot 2024? Een dergelijke beoordeling en beslissing vergt maatwerk en is afhankelijk van uw persoonlijke omstandigheden. Overleg daarom altijd met uw (fiscaal) adviseur.

Om u alvast wat handvatten mee te geven hebben we een aantal scenario’s voor u doorgerekend. Uit die berekeningen blijkt dat wanneer u een dividend nodig hebt om nu of binnen een jaar of drie iets in de privésfeer te financieren, het verstandig is om de dividenduitkering nog dit jaar te doen. Is dat echter niet het geval, dan is uitstel al snel interessanter. Dit komt door de tijdswaarde van geld. Het vervroegen van de box 2 heffing brengt een rentenadeel met zich mee. Om een goede vergelijking te maken dient u daarom de toekomstige heffing op jaarlijkse uitkeringen contant te maken, bijvoorbeeld tegen 2%.

Bij de scenario’s superdividend in 2023 en direct terugstorten in de bv als agio of teruglenen aan de bv via de TBS-regeling speelt het te verwachten rendement een rol. Het break even point ligt bij ongeveer 2,5%. Verwacht u, uitgemiddeld over de jaren, een lager rendement dan is terugstorten of -lenen verstandig. Verwacht u een hoger rendement dan kunt u de dividenduitkering beter uitstellen.

Bronnen: Londen & Van Holland en MFAS