In het vierde kwartaal van 2024 vertoonden de financiële markten een gemengd beeld, gekenmerkt door zowel positieve ontwikkelingen als voortdurende onzekerheden. Het aanvankelijke optimisme op de markten maakte in oktober plaats voor verliezen op veel aandelenbeurzen. Amerikaanse aandelen daalden door onzekerheden rond de presidentsverkiezingen en het rentebeleid, evenals teleurstellende kwartaalresultaten van enkele grote bedrijven. In Europa speelden zorgen over economische groeivertragingen en de impact van de verkiezingen in de VS een rol. Ook obligatiemarkten hadden het moeilijk door oplopende rentes
In november herstelden aandelenbeurzen, met name in de VS, waar Donald Trump de presidentsverkiezingen overtuigend won. Beleggers verwachtten dat zijn beleidsprogramma economische groei, belastingverlagingen en deregulering zou stimuleren, wat met name technologieaandelen flinke winsten opleverde. Europese aandelen bleven echter vrijwel stabiel, met een gemengd beeld tussen sectoren. Obligatiemarkten sloten de maand ondanks eerdere volatiliteit positief af.
In december sloegen de markten opnieuw om. De ‘hawkish’ toon van Federal Reserve-voorzitter Jerome Powell zorgde voor teleurstelling, aangezien hij hintte op minder renteverlagingen in 2025 dan verwacht. Dit leidde tot hogere kapitaalmarktrentes in de VS en Europa, met als gevolg dalende obligatiekoersen. In de eurozone bleek een renteverlaging door de Europese Centrale Bank onvoldoende om rentestijgingen te voorkomen.
Over het kwartaal stegen wereldwijde aandelen gemiddeld met ruim 7%, aangevoerd door sterke prestaties in de VS en Japan. Daarentegen waren de resultaten in Europa en opkomende markten gematigd, vooral door economische groeivertragingen en zwakkere winstdynamiek. Wereldwijde obligatiemarkten presteerden overwegend negatief, beïnvloed door aanhoudende inflatiedruk en een vertraagde versoepeling van het monetaire beleid. Vooruitkijkend blijven de vooruitzichten voor aandelen gematigd positief, met name in sectoren zoals technologie en AI-gerelateerde investeringen. Voor obligaties zijn de vooruitzichten minder gunstig, tenzij de inflatie substantieel afneemt, wat meer ruimte zou bieden voor renteverlagingen door centrale banken.
Aandelen | 2024.Q4 | 1 jaar | 3 jaar | 5 jaar |
MSCI ontwikkelde markten | 7,9% | 26,7% | 10,5% | 12,3% |
MSCI opkomende markten | -0,6% | 14,7% | 0,5% | 2,3% |
MSCI alle markten | 7,1% | 25,8% | 9,6% | 11,3% |
Obligaties (EUR hedged) | 2024.Q4 | 1 jaar | 3 jaar | 5 jaar |
BBgBarc Euro obligatiemix | 0,1% | 2,0% | -3,5% | -2,1% |
BBgBarc Wereldwijde obligatiemix | -1,5% | 1,4% | -2,8% | -1,7% |
BBgBarc Wereldwijde bedrijfsobligaties | -1,9% | 1,9% | -3,2% | -1,5% |
Bronnen: Achmea IM, Schroders IM, VLK IM