Verwachte rendementen 2019.Q2

Behalve het kunnen vergelijken van rendementen uit het verleden, is het natuurlijk ook interessant om inzicht te krijgen in de verwachtingen voor de komende jaren. De uitkomsten hiervan hangen voor een groot deel samen met de beleggingshorizon die u heeft en de fase waarin wij ons bevinden in de ‘business cycle’ (conjunctuurcyclus voor de middellange termijn). Om u ook hierbij enig richtinggevoel te geven, zonder te pretenderen over een glazen bol te beschikken, hebben wij met behulp van de Opal scenarioplanner van Ortec Finance het volgende overzicht gemaakt voor dezelfde risicoprofielen als hierboven (cijfers per 29-07-2019).

Defensieve portefeuilles

1 jr. verwacht 1 jr. min. 5 jaar 10 jaar 15 jaar 25 jaar 35 jaar Volatiliteit (SD)
1,4% -12,5% 1,0% 2,5% 3,1% 3,8% 4,3% 7,7%

Neutrale portefeuilles

1 jr. verwacht 1 jr. min. 5 jaar 10 jaar 15 jaar 25 jaar 35 jaar Volatiliteit (SD)
2,6% -17,0% 2,5% 4,0% 4,3% 4,9% 5,2% 11,1%

Offensieve portefeuilles

1 jr. verwacht 1 jr. min. 5 jaar 10 jaar 15 jaar 25 jaar 35 jaar Volatiliteit (SD)
3,5% -21,2% 3,5% 5,4% 5,5% 5,8% 5,9% 14,7%

‘1 jr. min.’ (1jr. minimaal) geeft het rendement na 1 jaar weer bij sterk tegenvallende beursontwikkelingen. De verwachting is dan dat het rendement na 1 jaar met een waarschijnlijkheid van 97,5% boven dit niveau ligt. ‘Volatiliteit (SD)’ geeft weer hoe gevoelig de portefeuille is voor koersschommelingen.

Opvallend is dat het verwachte rendement over een periode van 1 jaar, hoger ligt dan het verwachte rendement over een periode van vijf jaar. Dit heeft enerzijds te maken met de mate van voorspelbaarheid die bij een 1-jaars periode groter is dan bij een 5-jaars periode. Anderzijds wordt zij veroorzaakt door de fase waarin we ons bevinden in de business cycle, zie ook de afbeelding hieronder. We verkeren nog steeds in een ‘Contraction-phase’, die overigens iets dieper is geworden vergeleken met zes maanden gelden (0,4% tot 0,8% slechter bij 5 jaar).

De langjarige verwachte rendementen zijn licht verslechterd of gelijk gebleven (van -0,2% tot +0,1%). Voor langere periodes geldt dat de onzekerheid minder is doordat rendementen dan naar hun lange termijn gemiddelden tenderen en de invloed van de ‘business cycle’ kleiner wordt.

Bron: Quarterly Outlook, Juni 2019, Ortec Finance.

Een ‘Contraction-phase’ wordt gekenmerkt door afnemende groei en afnemende rendementen. Groei en rendement liggen dan onder het langjarig gemiddelde (de 0-lijn in de grafiek). Voor de korte tot middellange termijn is dit het meest waarschijnlijke scenario (de 50% interval). Dit wordt ingegeven door hoge en nog steeds groeiende schuldenniveaus bij zowel overheden als bij bedrijven, in combinatie met vertragende economische groei en lage werkloosheid (wat de groeimogelijkheden beperkt en op termijn kan leiden tot looninflatie). Te verwachten toenemende risico-opslagen op bedrijfsobligaties (waardoor de kosten van kapitaal hoger worden, wat ten koste gaat van de winst) blijven tot dusverre uit. Dit heeft alles te maken met het accomoderende beleid van de centrale banken wat maar voortduurt. Dit geldt zowel voor Europa als voor de Verenigde Staten.

De korte termijn kan veel ‘hoekiger’ verlopen. Dit wordt in onderstaande grafiek duidelijk. Het hoekiger patroon weerspiegelt de toegenomen volatiliteit op de effectenbeurzen. Aangezien de korte termijn qua richting zeer beïnvloed wordt door de waan van de dag, valt over het toekomstig verloop daarvan nauwelijks wat te zeggen. De algehele verwachting is wel dat de hogere volatiliteit blijft voortduren.

Bron: Quarterly Outlook, Juni 2019, Ortec Finance.

Welke acties kunt u op basis van deze bevindingen nemen? Ons antwoord hierop is eigenlijk altijd hetzelfde: regelmatig laten checken of de uitgangspunten en financiële doelstellingen nog kloppen, of uw doelstellingen nog steeds haalbaar zijn gezien gewijzigde rendementsverwachtingen en of de bijbehorende risico’s (de koersschommelingen en de illiquiditeit van sommige beleggingsvormen) nog steeds aanvaardbaar voor u zijn.

Dit is een sterk persoonlijke afweging waardoor geen algemene aanbevelingen te geven zijn. Timing van markten (sell high, buy low) klinkt mooi maar is in de praktijk meestal gedoemd te mislukken. Het uitstappen is nog wel enigszins te timen, kijkend naar gerealiseerde rendementen. Het vervolgens weer instappen, of eigenlijk het verzuimen daarvan en het achter de markt aanlopen (die altijd sneller gaat dan je als particuliere belegger kunt volgen), is de grote valkuil.